............... Moeder is voor het huis. Ze wuift naar Wim en An. Die gaan naar school. Ze gaat nu de afwas doen. Piep, piep, hoort ze, en daarna nog een keer heel luid. Wat is me dat nu? Er zit toch geen muis in huis? Ze kijkt om zich heen, ze loopt niet meer rond. En juist hoor, daar ziet ze die muis. Een muis komt uit de hoek naast de kast. Maar de muis ziet moeder. In een wip duikt ze haar hol naast de kast weer in. Een muis in huis vind ik maar vuil! Ik haal een val uit het hok! Moeder loopt door de tuin naar het hok. Ze neemt een val. Ze doet wat kaas op de val. Nu zet ze de val met de kaas voor het hol.